De Ceasarsalade (die niets te maken heeft met Julius Caesar) is een klassieker die vooral in Noord-Amerika tot het culinaire erfgoed behoort. De uiterst eenvoudige salade bestaat in heel wat varianten, en in dit recept leer je hoe Sandra Bekkari het aanpakt.
Breng de bouillon aan de kook en pocheer de kipfilets. Laat ze niet te ver garen zodat het vlees lekker mals en sappig blijft. Laat daarna afkoelen en versnijd of scheur in stukken.
Rooster in tussentijd de pecannoten in een pan met antikleeflaag. Hak grof en laat afkoelen.
Versnijd de appel in fijne stukjes en besprenkel met vers limoensap (zo blijven ze lekker fris van smaak én kleur).
Versnijd de sla grof en doe in een grote mengkom. Voeg de stukjes kip, peccannoten, rozijnen, stukjes appel en de Parmezaanse kaas met een flinke snuif zwarte peper toe. Roer goed om.
Maak net voor het opdienen de dressing (die eerder op mayonaise lijkt).
Doe de eidooiers, mosterd, limoensap en knoflook in een hoge maatbeker. Meng de olijfolie en olie de ansjovisfilets en zet klaar naast de mengbeker.
Zet de staafmixer in de maatbeker en mix langzaam terwijl je de gemengde olie toevoegt tot je mayonaise krijgt.
Voeg dan de yoghurt, ansjovisfilets, worcestershiresaus en cayennepeper toe. Mix opnieuw tot een smeuïge, smaakvolle dressing/saus.
Serveer de knapperige salade met enkele lepels dressing. Smakelijk!