Ovenschoteltje van puree en boerengehakt met pickles
Een ovenschotel is altijd feest. Ook voor de kok, veelal zijn ze immers niet erg moeilijk om te maken en zijn alle eters tevreden met zo’n eenvoudig maar hartverwarmend maaltje. Deze schotel is lekker eenvoudig en zalig simpel. Ook ideaal om een dag op voorhand te maken.
Schil de aardappelen en breng ze aan de kook in een ruime hoeveelheid gezouten water.
Smelt ondertussen een klontje boter in een bakpan. Bak het gehakt rul en kruid naar smaak met peper en zout. Ook wat gemengde vleeskruiden kunnen geschikt zijn.
Voeg de fijngesneden sjalot toe aan het gehakt en laat glazig worden. Voeg dan de stukjes courgette en aubergine toe.
Zet onder met het witbier – dit zorgt voor een aangename frisse, licht-bittere toets, en laat even uitkoken op een zacht vuur. Werk dan af met de peterselie en peper/zout naar wens.
Giet de aardappelen, eenmaal gaar, af en plet fijn. Meng er de melk en de eidooier onder. Indien de puree nog te dik is, kan je nog wat melk toevoegen. Kruid af met peper, zout en nootmuskaat.
Stort het gehakt en de groentjes uit in een ovenschotel. Bedek met de puree. Schuif in een voorverwarmde oven (180°) en laat nog een kwartiertje warmen. Heb je minder tijd, kan je de schotel ook een vijftal minuutjes onder een hete grill zetten.
Serveer met twee flinke eetlepels pickles en een fris blond of wit biertje met een laag alcoholpercentage. Smakelijk!