Vis en puree is een klassieke match. En terecht! De delicate smaak van een zacht stukje vis past nu eenmaal goed bij een smeuïge puree. In dit recept gaan we aan de slag met extra verfijnde ingrediënten, zoals forel en verse kruiden, om een alledaagse gerecht op tafel te zetten dat toch stijl heeft.
Haal de stukken vis tijdig uit de koelkast zodat ze op kamertemperatuur kunnen komen. Kruid langs beide kanten met peper en zout.
Schil de aardappelen. Breng aan de kook in gezouten water (gebruik een ruime kookpot).
Versnijd de broccoli’s in roosjes en de stengel in stukjes. Voeg toe aan de kokende aardappelen.
Snipper ondertussen de sjalot extra fijn. Stoof aan in een beetje boter. Laat zachtjes karameliseren.
Blus de sjalot met de vermout (of witte wijn) en laat grotendeels uitkoken. Voeg dan de room toe en laat zachtjes inkoken.
Giet de gegaarde aardappelen met broccoli af (maar bewaar een behoorlijke portie van het kookvocht) en stamp tot een puree.
Werk de puree af met een scheut melk, een klont boter, peper, zout en nootmuskaat. Houd warm.
Smelt een klontje boter in een ruime pan met antikleeflaag. Bak de stukken vis langs de velkant enkele minuutjes aan. Draai om en laat nog heel even langs de andere kant bakken.
Doe de bimi kort voor het serveren in het kookvocht van de aardappelen en broccoli. Laat eventjes doorkoken zodat de fijne stengels net beetgaar en nog steeds fris groen zijn.
Werk de roomsaus af met een handvol vers gesnipperde tuinkruiden (peterselie, dragon, bieslook,…), peper en zout.
Schik op elk bord een forelfilet – vers uit de pan – en lepel er wat saus over. Doe er een flinke lepel puree naast en laag daar één of twee bimi op. Smakelijk!