Babi pangang is een echte klassieker van Chinese afhaalrestaurants. Het is een oosters gerecht dat uit Maleisië of Indonesië afkomstig is en talloze varianten kent. De basis is echter eenvoudig: geroosterd varkensvlees in een pittige saus met typische smaakmakers. Ontdek in dit recept hoe je dit pittige gerecht eenvoudig zelf kan klaarmaken.
Versnijd het varkensvlees in reepjes en doe in een kom.
Plet de teentjes look tot puree en meng samen met de ketjap, sojasaus, arachideolie en sesamolie door het vlees.
Laat het vlees minstens 30 minuten marineren. Voor een smaakvoller resultaat laat je het vlees één dag marineren.
Snipper de ui en knoflook fijn. Fruit op een matig vuur in een scheutje arachideolie in een steelpan.
Schil het stukje gember, rasp fijn en voeg toe aan de pan.
Voeg de sambal toe en laat even goed warmen zodat alle smaken vrijkomen. Voeg dan de tomatenpuree toe en laat kort aanbakken. Roer goed.
Blus met de bouillon en roer alle aanbaksels los. Voeg dan de suiker, ketchup en sweet chili saus toe.
Laat de saus enkele minuten pruttelen tot ze naar wens ingekookt is. Fris op met een scheutje geperst citroensap.
Werk de saus (indien nodig) af door de ingrediënten naar smaak te balanceren (zoet, zout, pittig,…) en houd warm. Wens je een mooie gladde saus? Zeef of mix de saus fijn.
Verhit een ruime pan. Bak de gemarineerde varkensreepjes kort maar krachtig aan. Overgiet daarna het vlees met de saus en roer alle aanbaksels in de pan goed los.
Serveer de babi pangang met rijst of noedels en gestoomde groenten. Smakelijk!