Tijdens de herfst- en wintermaanden gaat er niets boven koken met wild. De verfijnde en karakteristieke smaak van de vele soorten vlees wordt echter – en niet onterecht – doorgaans gebruikt voor feestelijke gerechten. Ben je echter op zoek naar alledaagse, eenvoudige kost mét wild, dan is dit heerlijke recept precies wat je zoekt. Boerenkost met nét dat ietsje meer!
Haal de steaks uit de koelkast zodat ze op kamertemperatuur kunnen komen. Kruid met peper en zout.
Schil de aardappelen en versnijd in grove stukken. Kuis de spruitjes: snijd de harde onderkantjes weg en verwijder – indien nodig – de buitenste blaadjes.
Breng de aardappelen met de spruitjes aan de kook in een ruime hoeveelheid gezouten water. Kook beetgaar.
Giet de aardappelen met spruitjes af. Overgiet met een scheutje melk en stamp tot een smeuïge puree. Roer er een klontje boter door en kruid naar smaak af met peper, zout en nootmuskaat. Houd warm.
Verhit een braadpan met een flinke klont boter. Bak de steaks langs elke kant naar wens aan, let er enkel op dat je ze niet te ver laat garen. Hert komt het best tot zijn recht wanneer je het rosé serveert.
Haal de steaks uit de pan en laat nog even rusten onder aluminiumfolie. Blus ondertussen de pan de met de bruine fond en een scheutje water. Roer alle aanbaksels los en laat nog even opkoken.
Lepel een flinke schep puree in elk bord. Schik daar de telkens een steak op en overgiet met wat saus. Werk af met een beetje peterselie. Smakelijk!